KRG betaalt verplichtingen, maar Bagdad houdt salarissen Koerdische ambtenaren april in
Erbil – De Koerdische Autonome Regio (KAR) heeft alle financiële verplichtingen aan Bagdad nageleefd, waaronder de overdracht van lokale inkomsten. Desondanks heeft de Iraakse federale overheid de april-salarissen van honderdduizenden ambtenaren in de KAR nog steeds niet overgemaakt. Dit meldt Vian Sabri, hoofd van de parlementsfractie van de Koerdische Democratische Partij (KDP), in een exclusief gesprek met Kurdistan24.
“Geen bezwaren, maar ook geen geld”
Sabri benadrukt dat het Iraakse Federaal Ministerie van Financiën deze keer géén opmerkingen maakte over de door Erbil ingediende salarislijsten. “Eerdere keren waren er vragen, maar nu is alles formeel goedgekeurd. Toch blijft het geld uit, zonder enige uitleg,” aldus Sabri.
Volgens de begrotingsafspraken van 2023 moet Bagdag maandelijks 960 miljard Iraakse dinar (circa €650 miljoen) overmaken naar de KAR, in ruil voor 50% van de niet-olie-inkomsten en een deel van de olie-opbrengsten uit de regio. “Wij hebben onze verplichtingen steeds netjes nagekomen. Bagdad niet,” zegt Sabri.
Financiële spanning en wantrouwen
De vertraging zet duizenden Koerdische gezinnen onder druk. Ambtenaren in de KAR kampen al jaren met onregelmatige betalingen, vooral door toedoen van Bagdad. “Dit is geen technisch probleem, maar politiek gemotiveerd,” stelt Sabri. “Bagdad gebruikt de begroting als drukmiddel, ten koste van onze mensen.”
De KAR, die zelf wel tijdelijk de april-lonen van haar eigen personeel betaalde, eist een transparanter systeem om financiële rechten te garanderen. “Zonder betrouwbare inkomsten kunnen we geen basisvoorzieningen waarborgen,” voegt een KRG-woordvoerder toe.
Historische patstelling
De strijd om geld en autonomie sleept al jaren aan. Sinds de omstreden begrotingswet van 2023 laait de spanning regelmatig op. Bagdad beschuldigt Erbil van het achterhouden van olie-inkomsten, terwijl de KAR wijst op het niet nakomen van afspraken door de centrale overheid.
Cijfers uit de begroting:
- De KAR draagt 50% van niet-olie-inkomsten af aan Bagdad.
- Maandelijks zou 960 miljard dinar terug moeten vloeien naar de KAR.
- In de praktijk blijft 70% van deze betalingen uit of komt vertraagd binnen.
Oproep tot actie
Sabri eist dat Bagdad zich houdt aan de grondwettelijke verplichtingen: “Onze ambtenaren verdienen zekerheid. Deze vertragingen ondermijnen het federale vertrouwen en verergeren de economische crisis.”
Ondertussen groeit de frustratie onder Koerdische ambtenaren. “We kunnen onze rekeningen niet betalen,” zegt lerares Rojin Mahmoud uit Sulaimani. “Dit is een straf voor politieke meningsverschillen.”
Toekomstperspectief
Hoewel beide partijen formeel streven naar dialoog, blijft een doorbraak uit. Experts vrezen dat de patstelling de economische stabiliteit in de hele regio bedreigt. “Zonder wederzijds vertouwen komt er geen oplossing,” concludeert econoom Ahmed Hassan.
De KAR overweegt nu juridische stappen, maar hoopt eerst op een politieke oplossing. Intussen wachten honderdduizenden ambtenaren op hun salaris – en op antwoorden uit Bagdad.