Aleppo, Hay’at Tahrir al-Sham en de dubbele moraal van het westen
De recente escalatie in Aleppo brengt niet alleen de kwetsbaarheid van de stad aan het licht, maar toont ook de invloed van extremistische groeperingen zoals Hay’at Tahrir al-Sham (HTS). Deze organisatie, voortgekomen uit al-Qaida’s Syrische tak Jabhat al-Nusrah, is inmiddels een van de machtigste jihadistische groepen in het noorden van Syrië. Voor de inwoners van Aleppo, en met name de Koerden in de wijken Sheikh Maqsoud en Ashrafiyeh, vormen HTS en vergelijkbare groeperingen een directe en constante bedreiging.
Hay’at Tahrir al-Sham: Terrorisme onder een nieuwe naam
Hay’at Tahrir al-Sham presenteert zichzelf als een pragmatische actor, maar blijft ideologisch geworteld in extremisme. De groep heeft de controle over grote delen van het noordwesten van Syrië en voert een streng islamistisch bestuur, waarbij het minderheden onderdrukt en tegenstanders uitschakelt. Met de steun van Turkije en andere regionale spelers gebruiken ze hun militaire macht om invloed uit te oefenen op strategische locaties, zoals recentelijk in Aleppo.
De betrokkenheid van HTS in de recente aanval op Aleppo maakt deel uit van een groter patroon waarin extremistische groepen worden ingezet als instrumenten in geopolitieke machtsspelletjes. Turkije, dat zichzelf profileert als een brug tussen Oost en West, heeft dergelijke groepen actief ondersteund, zowel financieel als militair. Dit beleid heeft niet alleen geleid tot de destabilisatie van Syrië, maar ook tot de versterking van terrorisme in de regio.
Een regionale en internationale spelbreker
De rol van Turkije in dit conflict mag niet worden onderschat. President Erdogan gebruikt Syrische milities niet alleen om zijn eigen geopolitieke doelen na te streven, zoals het verzwakken van Koerdische autonomie in Syrië, maar ook om zijn rol binnen de NAVO en ten opzichte van Rusland te versterken. Zijn onvoorspelbare politiek – laveren tussen Westerse bondgenoten en Rusland – creëert een instabiele situatie waarin de Syrische bevolking, en met name de Koerden, de prijs betaalt.
Het bezoek van NAVO-secretaris-generaal Mark Rutte aan Turkije voorafgaand aan deze aanval werpt vragen op over de Westerse betrokkenheid bij deze ontwikkelingen. Is het toeval dat deze aanval juist nu plaatsvindt? Of is het een cynische zet van Erdogan om druk uit te oefenen op Assad en indirect ook op Rusland, in ruil voor concessies van het Westen? Deze dynamiek, waarin de oorlog in Oekraïne en de Syrische burgeroorlog elkaar lijken te kruisen, heeft verstrekkende gevolgen.
Doelwit van etnische zuivering en politieke manipulatie
De Koerdische wijken in Aleppo bieden al jaren onderdak aan duizenden Koerden die moesten vluchten voor het Turkse bezetting in Afrin in 2018. Sindsdien zijn de Koerden herhaaldelijk het doelwit geweest van systematische intimidatie, ontvoeringen en moorden. Nu lijkt de dreiging opnieuw levensgroot aanwezig, met de betrokkenheid van huurlingen die worden gesteund en bewapend door Turkije.
Het doel van Turkije is duidelijk: het demografisch veranderen van de regio om de Koerdische aanwezigheid te verzwakken en daarmee iedere vorm van Koerdische autonomie te ondermijnen. Deze strategie, uitgevoerd onder het mom van nationale veiligheid, is niets minder dan een voortzetting van een decennialang beleid van repressie en marginalisatie tegen Koerden in Turkije, Syrië en elders.
Nederland en de Syrische catastrofe
Wat echter nog verontrustender is, is de rol van Westerse landen, waaronder Nederland, in deze complexe situatie. Onder het zogenaamde NLA-programma (“niet-dodelijke hulp”) heeft Nederland jarenlang steun verleend aan Syrische milities, waaronder Jabhat al-Shamiya. Deze groepering, net als HTS, heeft een geschiedenis van samenwerking met extremistische facties en het schenden van mensenrechten. Het onderzoek van Nieuwsuur en Trouw onthulde dat deze steun in veel gevallen niet werd gecontroleerd, waardoor materiële hulp, zoals pick-uptrucks en uniformen, in handen kwam van jihadistische groepen.
Deze onthulling werpt een schaduw over het Nederlandse beleid, dat beweert te streven naar vrede en stabiliteit in Syrië. Door het gebrek aan transparantie en toezicht heeft Nederland indirect bijgedragen aan de chaos in Syrië en de versterking van groeperingen die vijandig staan tegenover minderheden, zoals de Koerden.
Een noodkreet voor eerlijke politiek
De Koerden, vertegenwoordigd door de Syrische Democratische Krachten (SDF), worden al te vaak beroofd van de internationale steun die zij verdienen, omdat Turkije de wereld chanteert met geopolitieke druk en dreigementen. Turkije, dat de Koerden beschouwt als een bedreiging voor zijn eigen belangen, gebruikt zijn invloed om elke vorm van steun aan de Koerden te ondermijnen. Tegelijkertijd worden jihadistische groeperingen die door Turkije worden gesteund, vaak misleidend neergezet als “The good guys” in het Syrische conflict, ondanks hun destructieve rol in de regio. Deze cynische realiteit heeft ertoe geleid dat extremisten worden versterkt, terwijl de Koerden – die een cruciale rol hebben gespeeld in de strijd voor stabiliteit, vrijheid en mensenrechten – aan hun lot worden overgelaten. Het is een tragische weerspiegeling van hoe politieke belangen keer op keer voorrang krijgen boven gerechtigheid en menselijkheid.
Foto: Mohammed Al-Rifai / AFP